De stad Leerdam (2)
Net als de stadsmuren zijn ook de grachten rondom de stad verdwenen. Het water dat tegenwoordig rondom het centrum van Leerdam stroomt, de Meent, is niet een overblijfsel van die oude grachten, maar is later gegraven voor het bemalen van de polder ten noorden en ten oosten van Leerdam.
Aan de westkant van Leerdam was, vlakbij het kasteel, de zogenaamde Veerpoort. Op de noord-westhoek van de stad stond een korenmolen. Beiden zijn te zien op de onderstaande schildering van P.J. Emck. Zowel de poort als de molen zijn inmiddels verdwenen. Aan de veerpoort herinnert nog wel het op die locatie staande Veerhuis. Op de plaats van de molen is in 2000 (met gebruikmaking van de originele fundamenten) een klein appartementencomplex gebouwd waarbij de vorm van de molen behouden is.
Ook aan de noord- en aan de oostkant was er een poort die toegang verschafte tot de stad. Net als de veerpoort zijn ook deze twee poorten geheel verdwenen. Op de onderstaande prent is de Noord-poort te zien.
Zelfs vanaf de rivier de Linge moest de reiziger door een poort om de stad binnen te komen. Op de afbeelding hiernaast staat een impressie uit 1870 van deze Steigerpoort door H.J. Weissenbruch. Ook dit poortgebouw is inmiddels verdwenen, hoewel de plaats waar deze gestaan heeft in Leerdam nog duidelijk is te herkennen. Aan de zuidzijde van de stad waren nog twee poorten om vanaf de Linge de stad binnen te kunnen komen.
Ook aan de zuidzijde van de stad waren in/op de muur drie
torentjes gebouwd. Deze torentjes zijn op een gegeven
moment verbouwd tot hele kleine woningen en staan
bekend als de muizentorentjes. Deze drie torentjes zijn net
als de gehele Zuidwal gerestaureerd. Op de foto ziet u er
één van.